‘Dus jij bent lobbyist?’…. is een vraag die gesteld wordt met vaak een mengeling van ongeloof, nieuwsgierigheid en afkeuring. Lobby, door de beoefenaars hardnekkig public affairs genoemd, staat in een slecht daglicht. Dat gaat ver terug. Het wordt in verband gebracht met een schimmig spel tussen politici en belangenvertegenwoordigers waar waarschijnlijk een etentje, mogelijk drank en misschien zelfs kadootjes de sfeer bepalen.

Eens in de zoveel tijd klinkt de roep om transparantie en regels, meestal resulterend in aanscherping van de gedragscode voor beoefenaars van het vak. Ook nu zijn zowel in Tweede Kamer, -onder aanvoering van de Partij van de Arbeid- als in Brussel – op initiatief van Timmermans en Juncker- nieuwe regels geïmplementeerd of in voorbereiding. Opvallend is dat de eis tot transparantie deze keer bij de volksvertegenwoordigers zelf wordt gelegd: zij moeten duidelijk maken welke rol lobby een rol speelde bij de besluitvorming.

Hoe het ook uitpakt, het imago van lobby is nog lang niet positief. Aan alle artikelen, interviews en ingezonden brieven die de afgelopen weken in de media verschenen, voeg ik een nog weinig gehoorde verklaring toe. Het is niet zozeer de schimmigheid die de meeste weerstand oproept; het is eerder de vrees dat het belang waarvoor gelobbyd wordt niet deugt. Of in ieder geval dat het niet verenigbaar is met het algemeen belang dat politici worden geacht te verdedigen. Het traditionele beeld van lobby is dat het wordt ingezet om bestaande belangen te bestendigen en nieuwe ontwikkelingen tegen te houden.

Tegen dit beeld verzet ik mij. Niet vanuit een gekrenkte beroepseer, maar vanuit de simpele overtuiging dat het rücksichtslos inzetten op eigenbelang niet meer werkt in Nederland. Je kunt als bedrijf of organisatie alleen succesvol aanhaken op beleidsprocessen als je een belang nastreeft dat verder reikt dan je eigenbelang.

Als je aangeeft hoe jij kunt en wilt bijdragen aan maatschappelijke doelen als duurzame energie, betere zorg, veiligheid, circulaire economie, burgerparticpatie etc. Iets wat, by the way, Prins Charles uitstekend deed in zijn black spider letters. We zijn in een tijdvak gekomen waar bedrijven, mensen en organisaties over het algemeen meer vaart willen maken dan de bureaucratie toelaat. In onze adviespraktijk is de bottomline altijd: hoe brengen we de overheid in beweging opdat we sneller een maatschappelijk doel kunnen halen?

Ik ben dan ook helemaal vóór meer transparantie van lobby-activiteiten in de besluitvorming. Het zal duidelijk maken hoe politici enerzijds en bedrijven en organisaties anderzijds samen invulling geven aan governance in de nieuwe economie.

Marieke van der Werf
Partner Dröge & van Drimmelen
Voormalig Tweede Kamerlid voor het CDA.